
Weekverslag – week 25
23 t/m 29 november
Zaterdag
We starten lekker rustig op en gaan rijden als het zachtjes begint te regenen. We hebben niet zo’n spectaculaire dag voor de boeg, omdat we gewoon een eindje rijden richting Plitvicka Jezera. Daar willen we over een paar dagen de beroemde meren bezoeken als het weer wat beter is.
We stoppen dus in een achteraf paadje voor lunch met uitzicht over de weilanden en de heuvels en blijven daar lekker lang zitten en praten. Rond een uur of drie komen we aan bij het huisje wat we via Airbnb hebben geboekt voor de komende twee nachten. Het belooft waar takkenweer te worden, dus we zijn het graag voor door binnen te slapen. Het huisje heeft als grootste pluspunt een houtkachel, maar helaas geen keuken en een kapotte wasmachine. Daar komen we achter als we de was aangezet hebben en wel nat wordt, maar niet draait. Gelukkig is de moeder van de verhuurster zo lief om de was voor ons te doen bij haar thuis. Het ontbreken van een keuken lossen we op door onze draagbare brander boven neer te zetten en een simpel soepje te bereiden.
Zondag
’s Ochtends bakken we pannenkoeken en verder doen we vrij weinig. Peter loopt nog een rondje door de weilanden buiten het dorp en ik typ wat weekverslagen. We drinken een paar glazen rode wijn, genieten van de warmte van het houtvuur en zijn tevreden met even niks doen.

Maandag
Na een dag luieren zijn we weer klaar voor wat actie. We gaan naar de Plitvice meren die vooral in de zomer door gigantisch veel toeristen worden bezocht. In de winter is er bijna niemand. We kiezen voor de langste route die er is en dat betekent 18 kilometer lopen langs alle verschillende meren. Je komt in het park gelijk binnen bij de bekendste watervallen. Helaas is het vandaag mistig en een beetje regenachtig, waardoor de meren niet zo prachtig blauw zijn. Toch is het mooi.
Na een paar kilometer door de modder banjeren, ploffen we op een nat bankje neer voor onze meegebrachte lunch. Precies op dat moment begint het te regenen, maar ach, nat zijn we toch al. De meren zijn van verschillende grootte en tussen elk meer zijn watervallen. Onderweg komen we een zwart-gele salamander tegen. In eerste instantie lijkt hij wel nep, maar hij beweegt toch. Het blijkt een vuursalamander te zijn die we Willem dopen. Willem Salamander. Op de terugweg doen we een stukje met de boot en eten de vogeltjes uit onze hand. We drinken een warme chocolademelk met slagroom om op te warmen als we aan de overkant zijn en lopen dan het laatste stuk terug. Het is een heel mooi park, maar we kunnen ons voorstellen dat het minder leuk wordt als je hier hoogzomer met duizenden andere bezoekers loopt.
We slapen weer binnen, want het is inmiddels echt slecht weer geworden. De vrouw des huizes begroet ons vriendelijk en geeft ons een flesje Rakija: sterke huisgestookte drank. Niet onze favoriet, maar heel lief.

Dinsdag
Het is tijd voor de allerlaatste grensovergang waar we onze paspoorten moeten laten zien. We gaan Slovenië in en proberen gelijk een offroad pad te nemen. Helaas loopt de eerste poging op niets uit, omdat we bij een bord komen waarop aangegeven staat dat we er niet in mogen. De tweede poging gaat niet veel beter. We rijden een klein stukje offroad, maar dan verdwijnt het pad en wordt het zo glad dat we beginnen te schuiven. Het trauma van Azerbeidzjan blijkt dan nog niet helemaal verwerkt te zijn, dus we keren om en gaan richting de hoofdstad.
In Ljubljana hebben we een hostel in een oude tabaksfabriek. We lopen gelijk naar de stad om nog wat te kunnen zien bij licht. Al snel wordt het donker en gaan de lampjes aan in de straten. Hoewel het vrij koud is, zit iedereen buiten op het terras. Daar doen we dan vrolijk aan mee, dus een halfuurtje later zitten we met onze witte glühwein en een plankje antipasti op een verwarmd terras. We vinden Ljubljana gelijk een leuke stad.

Woensdag
We doen ’s ochtends nog een rondje door de stad, maar niet voordat we het lekkerste ontbijt van de hele reis eten: Eggs Benedict in een leuk klein restaurant buiten de stad. Daarna gaan we op toeristentoer en bezoeken we eerst de bibliotheek met paardendeurknoppen en vervolgens het kasteel. Het kasteel heeft een paar leuke tentoonstellingen en een mooi uitzicht over de stad vanuit de toren. Net als we teruglopen naar de stad begint het weer te regenen. We lunchen weer bij hetzelfde eettentje en stappen dan weer in Bruce om verder te gaan.
We slapen bij een mevrouw die pas net haar huis als Airbnb aanbiedt. We zijn haar eerste gasten. Ze praat goed Engels en wil het ons maar al te graag naar het zin maken. Ze biedt ons een lokaal drankje aan en daarna wil ze voor ons koken. Wij halen wat Nederlandse kaas uit de auto, die we nog hebben van toen mijn moeder er was, en zij maakt champignons en een soort varkensspek en -vet klaar, wat je als een spread over je brood smeert. Het smaakt goed en de vrouw is leuk gezelschap.

Donderdag
We stappen na het ontbijt weer in de auto om richting Bled te gaan. Hier bekijken we het meer en rijden dan verder om een stuk te ‘offroaden’ in de Julian Alps. De onverharde paden zijn goed begaanbaar. Op een gegeven moment zien we links van ons een diep modderspoor de heuvel op lopen. Hier hebben ze recentelijk bomen gekapt en naar beneden vervoerd. Dat lijkt ons wel een leuk stukje, dus stuurt Peter Bruce de heuvel op. Het modderspoor is zo diep, dat we met de onderkant over de modder slepen. We glijden alle kanten op, maar kunnen niet ver van het pad gaan, omdat we in het spoor blijven hangen. Peter rijdt met een big smile op zijn gezicht het pad op en af en ik maak ondertussen filmpjes en foto’s. Precies dit soort stukjes zijn leuk om te doen met een auto als Bruce. Als je die dan toch hebt, kun je er maar beter ook gebruik van maken.
In de Julian Alps rijden we een stukje door de bossen. Het weer is niet zo fantastisch, maar we gaan wel kamperen. In een bos net naast een skipiste, vouwen we de tent uit en koken we diner. De skipiste zal voorlopig nog niet gebruikt worden, want gras glijdt net wat minder lekker.

Vrijdag
’s Ochtends vanaf 6 uur komen er al groepjes mensen langs die aan hun ochtendwandeling beginnen. Het verbaast ons hoeveel mensen er precies hier gaan lopen en het verbaast ons nog meer dat we precies een plekje op een drukke wandelroute hebben gekozen. De meeste mensen zien ons niet eens, omdat we net naast de piste staan en tegen een bomenrij aan. Bijna niemand zwaait terug.
We rijden naar Lake Bohinj voor een wandeling naar een waterval. Het is een kort stukje lopen, maar de waterval is wel mooi. Als we terugkomen bij de auto, staat er een andere Defender tegenover. Van de eigenaren van die auto hebben we een berichtje op Instagram gekregen dat ze ons gespot hebben. Grappig dat die stickers toch zo hun effect hebben.
We slapen weer binnen, want het is koud en nat. Het huis waar we slapen heeft een keuken, dus we hebben boodschappen gedaan voor het avondeten. Eenmaal aangekomen blijkt de keuken wel overdekt te zijn, maar geen muur te hebben. We zitten dus praktisch buiten bij een graad of 3. Gelukkig zijn we het gewend en zitten we droog.
